psychologie

FOCUS VRAAG 3 waarom werkt zijn theorie niet voor een complete beschouwing van de psychologie
1. het idee dat alle gedachten, beweging en gedrag worden bestuurd door gedrag past niet in een meetbare wetenschappenlijke analyse van de psychologie als dit door een ziel wordt gedaan.
3 Fundamentele basis ideeen
1. 1: fysieke oorzaak van gedrag
  1. ontstaan door fysieke oorzaken
  2. kunnen wetenschappelijk bestudeerd worden
  3. dualisme
    1. materieel lichaam
      1. onderdeel va de fysieke wereld
      2. kan je zien dus bestuderen
    2. immateriale ziel
  4. Rene Descartes (1596-1650)
    1. FOCUSVRAAG 2
      1. Wat is Descartes versie vnn Dualisme en hoe hielp het
      2. FOCUS OP HET LICHAAM
    2. Passions of the soul (1649)
      1. zie het lichaam als een ingewikkelde machine
      2. genereert
      3. warmte
      4. beweging
      5. zonder innvloed van de ziel
      6. zijn concept van besturing met buizen en vloeistof lijkt op het later te ontdekken zenuw systeem
      7. mechanisce controle van het lichaamm
      8. nu denken we aan reflexenn
      9. onvrijwillige beweginng door stimuli
      10. mechanische kijk op de wereld
      11. de wereld is een complexe machine bestuurt door wiskundige wetten
      12. god had deze machine in werking gesteld
      13. menselijk lichaam een onderdeel en dus onderworpen aan deze natuurwetten
    3. briljante wiskundige
    4. hij markeerde de overgang van religieuze invloeden naar wetenschappelijk wereldbeeld
    5. enige contact tussen de ziel en lichaam in de pijnappelklier
      1. pijnappel dacht men omdat dit er anders uit ziet dan de rest. en geen dubblel structuur heeft of in tweevoud voorkomt
  5. Thomas Hobbes en Materialisme (1588-1679)
    1. FOCUSVRAAG 4 Hoe heeft zijn theorie de basis gemaakt voor de wetenschap van de psychologie
      1. ging verder dan Descartes
      2. boeken
      3. Leviathan
      4. Human nature
      5. Spirit en ziel bestaan NIET er is alleen zoiets als materie en energie
    2. alles wordt verklaard door fysieke processen in het lichaam
      1. Vooral de hersenen
      2. bewustzijn is een product van de hersens als machine
      3. onderworpen aan de wetten van de natuur
    3. de school van empirisme
      1. geinspireerd op ideeen van hobbes
  6. 19e eeuwse fysiologie kennis over de mens als machine
    1. idee dat het menselijke lichaam een machine is staat aan de basis van de wetenschap van de fysiologie
      1. veel ontdekkingen in de 19e eeuw
      2. zenuwsysteem
      3. grote bijdrage geleverd aan de basis van de psychologie
    2. toenemend inzicht in reflexen
      1. belangrijke ontwikkeling voor de psychologie
      2. inzicht in het zenuwsysteem
      3. centraal zenuw systeem
      4. hersens en ruggemerg
      5. perifere zenuwsysteem
      6. maken de connectie met centrale systeem en organen en spieren
      7. (1822) Francois Magendie
      8. een zenuw naar t ruggemeg bestaat uit 2 banen
      9. 1 voor signaal naar de hersenen /signalen
      10. 1 baan terug voor de spieren / berichten voor actie
      11. FOCUSVRAAG 5 hoe leidde inzicht van zenuwsysteem tot de theorie van gedrag met de naam reflexologie
      12. idee bestaat dat alles reflexen zijn
      13. complexe reflexen worden door hogere delen van het brein geregeld
      14. belangrijke aanhangers en vormers zijn:
      15. I.M. Sechenov
      16. alle menselijke actie zijn reflexen
      17. reflexen geinitieerd door stimuli in de omgeving
      18. stimulie reageren en acteren op de zintuigen en daarmee start een kettingreactie in het zenuwsysteem met beweging van de spier en actie als gevolg
      19. Pavlov
      20. belangrijke founder met zijn onderzoek
      21. Het krijgt de naam reflexologie
      22. ontstaat inzicht in neurale koppelingen en hun rol in simpele reflexen
      23. automatisch terugtrekken van lichaamsdeel (speldeprik)
      24. sommige (op dat moment) actieve delen van het brein zijn in staat reflexen te vernminderen of versterken
  7. Concept van localisatie van functies in t brein
    1. FOCUSVRAAG 6 hoe heeft de ontdekking van locaties van functies in de hersenen ertoe geleid dat geest/mind wetenschappelijk bestudeerd kan worden
      1. Conclusie
      2. Al deze bewijzen over de relatie tussen mind en brein hielp een basis te vormen for wetenschappelijke psychologie
      3. het geeft body aan t idee dat er een materiele basis is voor mentale processen
    2. specifieke delen in t brein zijn verantwoordelijk voor specifieke functies in het produceren van gedrag en mentale ervaring
      1. joseph muller (1838)
      2. zintuigelijke waarneming wordt bepaald doordat het vanuit verscillende delen van het brein wordt bestuurd
      3. we ervaren (oog) zicht als een bepaald deel van t brein actief is
      4. horen als een ander deel van t brein actief is
      5. Pierre Flourans (1824)
      6. ontdekte dat hersen shcade in verschillende delen van t brein verschillende functies deed uitvallen
      7. Paul Broca (1861)
      8. ontdeken dat mensen met brein schade in een linker deel van t brein
      9. niet meer konden spreken
      10. maar andere zaken swel konden doen
2. 2: mind / de geest / ziel en gedrag worden gevormd door ervaring
  1. British Empirisme
    1. dragers van deze filosfie
      1. John Locke - 1632
      2. David HArtley - 1705
      3. James Mill - 1773
      4. John Stuart Mill - 1806
    2. menselijke kennis en gedachten komen alleen voort uit zintuigelijke waarneming
      1. alle zintuigen
      2. ogen, oren, huid, enz
    3. als we machines zijn dan zijn we lerende machines
      1. zintuigen geven input aan onze kennis over de wereld waarin we leven en leert ons hoe we ons moeten aanpassen qua gedrag
    4. De essentie van Empirisme is samengevat in deze quote uit An essay concerning Human understanding (1690)
      1. Locke zegt
      2. Kort samengevat kan men stellen dat het empirisme de synthetische oordelen a priori probeert te herschrijven tot synthetische oordelen a posteriori. Niets is dus oorspronkelijk aanwezig in het menselijk verstand en dit verstand kan het best begrepen worden als een onbeschreven blad (tabula rasa). Niets kan dus uit het denken alleen afgeleid worden, maar heeft altijd haar ultieme grond in de ervaring
    5. BELANGRIJK
      1. gedachten zijn geen product van de vrije wil!!
      2. gedachten zijnreflecties van de ervaringen van een mens in zijn fysieke en sociale omgeving
      3. alle content vn de geest ontstaan door de omgeving en hebben een doirect relatie met die omgeving
      4. de fundamenten van t brein zijn elementaire ideeen die ontstaan uit zintuigelijke waarnemingen en worden aan elkaar gekoppeld in logische paden en vormen zo complexe ideeen en gedachten
      5. basis principe is
      6. concept van
      7. vereniging door nabijheid
      8. association by contiguity
      9. Idee van Aristoteles - 4e eeuw voor Christus
      10. ALs een persoon 2 events in zijn omgeving ervaart (stimulie of waarnemingen) dan worden deze events gekoppeld aan elkaar als associatie
      11. events kunnen teglijk of vlak achgter elkaar ervaren worden
      12. de koppeling wordt gemaakt in t brein
      13. Later kan de gedachte aan een event of een sensatie het een of / een andere gedachte starten
      14. Belangrijk voorbeeld Een appel eten
      15. dit genereert een set van sensaties die in t brein een idee geven aan:
      16. de ervaring van een kindje dat een appel eet bestaat uit:
      17. Rode kleur van de appel vorm van de appel smaak van de appel
      18. Tegelijk kan ze ook het volgende ervaren: het geluid iemand die appel zegt of een appel eet
      19. Dit alles vormt een gekoppeld associatief idee van "Appel" in t brein